Stijnzijn

Menu
Column
Katvis
Tekst: Stijn Depoorter / Foto: Sarah Van Looy

Sinds hij weduwnaar is, kijkt mijn 90-jarige grootvader vaker naar de tv dan hem lief is. Groot was mijn verbazing toen hij die woensdagmiddag niet naar ‘Boer zkt. Vrouw’, ‘Thuis’ of een Duitse schlagerparade keek, maar naar ‘Catfish: The TV show’ op MTV België.

Ik wist niet eens dat er een Belgische variant van de muziekzender bestond, laat staan dat ik mijn grootvader ertoe in staat zag deel te maken van hun kijkerspubliek. “Waar kijk jij nu naar”, vroeg ik hem. Hij verstond me niet. Ik voerde mijn stemvolume op en haalde mijn beste West-Vlaams boven. “Waar kijk jij nu naar?” Het werkte.

“Een programma over dommeriken die zich op dat internet laten beetnemen door mensen die zich uitgeven voor iemand anders. Want zo gaat dat de dag van vandaag, ze hebben een lief dat ze nog nooit gezien hebben. In mijn tijd was dat ondenkbaar”, reageerde hij fel.

In zijn tijd was zoiets ondenkbaar. Je leerde iemand kennen op het Bal van de burgemeester en in de loop van de avond sprak je tijdens een jive of een twist af om elkaar twee dagen later stiekem te ontmoeten onder de kerselaar aan het kapelletje van Onze-Lieve-Vrouwke aan het Koekelarebos. Om dan betrapt te worden door de champetter en het vervolgens thuis te mogen uitleggen aan moederlief.

Terwijl mijn grootvader verder keek naar de gedupeerde romantische zielen, dwaalden mijn gedachten af naar die keer dat ik mezelf liet beetnemen door een olijke katvis. Ik was op een datingsite met een kerel aan de praat geraakt. Na een week of wat heen en weer gestuurd te hebben, sprak ik met hem af om samen een glas te gaan drinken. Je weet hoe dat gaat.

Dat mensen niet op hun profielfoto lijken, is een fenomeen dat wel vaker voorkomt

Laat ik hem voor het lezersgemak maar een naam geven. Wannes klinkt wel als iemand waarmee je wil afspreken. De naam wekt een bepaalde sympathie bij me op. Verstrooide Wannes. Nonchalante Wannes. Schattige Wannes. Ja dus, op date met Wannes.

Het was putje zomer en ik zat op een bank te wachten toen er iemand op me afstapte die ik niet meteen herkende. Het bleek Wannes te zijn. Ik was wat in de war, maar rook niet meteen onraad. Dat mensen niet op hun profielfoto lijken, is een fenomeen dat wel vaker voorkomt. De juiste hoek kiezen, een filtertje erover gooien, hier en daar wat bijlichten…

Tijdens de wandeling naar het café bleef ik me afvragen wat er loos was aan deze situatie. Het echte gezicht van ‘Wannes’ kwam me niet vreemd voor, ik kon het gewoon niet in een-twee-drie plaatsen.

In een horrorfilm zou een gek met een slagersmes me nu vanuit de duisternis gadeslaan

Eenmaal op het terras, had ik snel door dat de er geen vervolg zou komen op deze date. Het gesprek vlotte niet, er was geen chemie en ik bleef me afvragen waar ik zijn gezicht van kende. Het onbestemde gevoel dat er iets niet pluis was overmande me. In een horrorfilm zou een gek met een slagersmes me nu vanuit de duisternis gadeslaan.

Toen ik even naar het toilet liep, keek ik stiekem nog even naar zijn datingprofiel om vast te stellen dat al zijn foto’s verdwenen waren. Toen begonnen er alarmbelletjes in mijn hoofd te rinkelen. Maar net als in de horrorfilm vluchtte ik niet weg. Ik ging toch liever een kijkje nemen waar dat rare geluid vandaan kwam.

Niet veel later viel Het kwartje. Het was de kerel die me de voorbije maanden al verschillende malen op het stalkerige af had aangeklampt op de datingsite.

Op zo’n site ga je in eerste instantie toch vooral op het uiterlijke af. Je moet een kat een kat noemen: hij-die-zich-uitgaf-als-een-Wannes was niet meteen mijn type, voor zover ik al een type heb. Hij had gewoon die bepaalde je ne sais quoi niet. In het begin reageerde ik kort maar beleefd om zijn berichten op een manier waarop ik geen verdere conversatie stimuleerde. Maar toen hij opdringerig bleef sturen, zelfs nadat ik hem duidelijk had gemaakt dat ik geen interesse had, negeerde ik de opdringerige aanbidder en hoorde ik niets meer van hem. Oef.

Ik had maar op te staan en weg te wandelen maar om de een of andere duistere reden had ik de tegenwoordigheid van geest niet om dat te doen

Tot hij die avond op een armlengte van me verwijderd zat. Nietsvermoedend was deze vlinder in het web van leugens van de hongerige spin gefladderd. Net zoals de spin haar prooi verlamt met gif, bleef ook ik lamgeslagen aan mijn stoel kleven. Ik had maar op te staan en weg te wandelen maar om de een of andere duistere reden had ik de tegenwoordigheid van geest niet om dat te doen.

Hem de huid vol schelden, dat kon ik ook doen. Maar de confrontatie aangaan met iemand is mijn sterkte niet. Na het drankje gaf ik snel te kennen dat ik naar huis wou. Hij vroeg me of hij me een lift kon geven, ik zei dat ik wel de tram zou nemen.

Vijf minuten later zat ik aan de tramhalte toen ik hem in zijn wagen voorbij zag rijden. Logisch, dacht ik, de ondergrondse parkeergarage was vlakbij. Minder logisch was het feit dat hij enkele minuten later opnieuw voorbijreed, en dat dat zich daarna nog twee keer herhaalde. Ik begon me ongemakkelijk te voelen en vervloekte De Lijn dat hun trams ’s avonds niet frequenter reden.

Na die avond heb ik de onverlaat nooit meer teruggezien. Hij bleef me wel nog een poos berichten en vriendschapsverzoeken op Facebook sturen (en staat tot de dag van vandaag als ‘Wannes De Stalker’ opgeslagen in mijn gsm).

Het leerde me dat je in datingland beter achter het net kunt vissen dan gecatfisht te worden, al hield ik die wetenschap voor mezelf en durfde ik niet tegen mijn grootvader opbiechten dat ik ervaring had met het fenomeen waar hij likkebaardend van genoot op tv. “Jaja opa, het is me wat tegenwoordig met dat internet hee. Catfish, waar blijven ze het halen.”

Dit wil je vast ook lezen

Column
Weggegaan is plaats vergaan Het is ondertussen alweer vier maanden geleden dat je noodgedwongen terug in België belandde met enkele kleren, een toiletzak, een stapel boeken en een oude…